De term robot verwijst tegenwoordig naar stationaire of mobiele machines van allerlei aard die programmagestuurd werk overnemen. De laatste jaren heeft zij een aanzienlijke inhoudelijke uitbreiding gekend. De term werd vooral bedacht door mensachtige robots in sciencefictionliteratuur en -films.
De oorsprong van de term “robot” ligt in het drama R.U.R. uit 1920 van de Tsjechische schrijver Karel Čapek, waarin kunstmatige mensen, gebruikt als arbeiders zonder rechten, in opstand komen tegen hun scheppers. De maker van deze kunstmatige mensen in het drama is het bedrijf “Rossum’s Universal Robots”. Het is afgeleid van het Tsjechische woord “Robota”, dat “zware arbeid” betekent. De term “robot” werd echter vooral populair door de science fiction romans van de Amerikaanse auteur Isaac Asimov, waarin mensachtige robots een centrale rol spelen. Asimov bedacht de term “robotica” voor het wetenschappelijke gebied dat zich bezighoudt met de bouw van robots. In het verhaal “Runabout” uit 1942 formuleerde hij de drie wetten van de robotica:
- 1. Een robot mag een mens niet verwonden of schade veroorzaken door niets te doen.
- 2. Een robot moet de bevelen van een mens opvolgen, tenzij deze bevelen in tegenspraak zijn met de eerste wet.
- 3. Een robot moet zijn eigen bestaan beschermen zolang dit niet in strijd is met de Eerste of Tweede Wet
Maar de humanoïde robots van Čapek en Asimov zouden tegenwoordig eerder “androïden” worden genoemd, omdat ze ook mensachtige gelaatstrekken hebben.
Robots in de industrie
Sinds de jaren vijftig wordt onder “robots” ook programmagestuurde manipulatoren verstaan, d.w.z. industriële robots die diverse taken kunnen uitvoeren. De industriële robot werd uitgevonden door George Devol, die samen met Joseph F. Engelberger in 1956 in de Verenigde Staten het eerste robotbedrijf ter wereld, Unimation, oprichtte. In de Bondsrepubliek Duitsland worden industriële robots gedefinieerd door VDI-richtlijn 2860. Volgens deze richtlijn zijn deze toestellen “universeel toepasbare automatische bewegingsmachines met meerdere assen, waarvan de bewegingen vrij programmeerbaar zijn (d.w.z. zonder mechanische of menselijke tussenkomst) wat de volgorde van de bewegingen en de bewegingspaden of -hoeken betreft, en die zo nodig door sensoren worden gestuurd. Zij kunnen worden uitgerust met grijpers, gereedschappen of andere fabricageapparatuur en kunnen handling- en/of fabricagetaken verrichten”. Collaboratieve robots zijn industriële robots die met mensen samenwerken zonder van hen gescheiden te zijn door beschermingsinrichtingen. Dergelijke modellen bestaan al sinds het midden van de jaren negentig.
Andere soorten robots
Hoewel de meeste robots hun werk doen in fabrieken, zijn er ook allerlei andere apparaten die als robots kunnen worden aangemerkt: Autonome mobiele robots, bijvoorbeeld, die verkenningen kunnen uitvoeren en soms voor militaire doeleinden worden gebruikt. Lopende robots vallen ook in deze categorie. Daarnaast zijn er huishoudrobots en dienstrobots die functioneren als stofzuiger, glazenwasser of grasmaaier. Of robots die op mensen of dieren lijken. Zij zijn ontworpen om zich aan mensen aan te passen en met hen te interageren, bijvoorbeeld om hen informatie te geven. Andere toepassingsgebieden zijn de zorg voor bejaarden en gehandicapten of de zorg voor kinderen. Kunstmatige intelligentie speelt een steeds belangrijkere rol in deze sociale robots, omdat ze geacht worden flexibel te reageren op menselijke behoeften.