Project Natick is een initiatief dat in augustus 2014 door Microsoft is gelanceerd om de haalbaarheid te testen van een energiezuinige cloud computing-faciliteit met lage latentie op de oceaanbodem. Microsoft publiceerde voor het eerst details over Project Natick in februari 2016 en kondigde aan dat het in augustus 38,000 een container van 10 pond, 7 voet bij 2015 voet meer dan een halve mijl van de Pacifische kust had laten vallen.
Het Project Natick-schip bleef drie maanden onder water, waarin een onderzoeksteam van Microsoft gegevens vastlegde zoals temperatuur, vochtigheid, stroomverbruik en oceaanvariabelen zoals de huidige snelheid.
De impuls voor het initiëren van Project Natick
Microsoft startte Project Natick om te kijken of het plaatsen van servers onder water zou kunnen helpen bij het oplossen van enkele van de belangrijkste uitdagingen die gepaard gaan met het beheren van de explosieve vraag naar cloudservices.
Enkele van deze uitdagingen zijn onder meer het verlagen van de koelingskosten, het sneller inzetten van datacenters door mogelijk tijdrovende problemen zoals het verkrijgen van vergunningen en andere bouwproblemen te vermijden, en het verminderen van latentie door de afstand tot de bevolking te verkleinen. De helft van de wereldbevolking woont binnen 120 mijl van de zee en waardoor de gegevensoverdracht wordt versneld.
Project Natick: fase twee
Microsoft plant momenteel de volgende fase voor Project Natick, die een schip zou kunnen omvatten dat vier keer zo groot is als de oorspronkelijke container en met maar liefst 20 keer zoveel rekenkracht. Het project kan uiteindelijk worden uitgebreid om het gebruik van hydrokinetische energie van golven of getijden voor rekenkracht te testen.