Windows Server 2016-domeincontrollers kunnen eenvoudig worden geïntegreerd in bestaande algemene Active Directory-structuren. Omdat de oude servers na de integratie van de 2016-domeincontrollers gewoon kunnen worden verwijderd, is een Active Directory-migratie op deze manier vrij eenvoudig.
Nieuwe domeincontrollers met Windows Server 2016 kunnen worden geïnstalleerd in bestaande overkoepelende structuren van Windows Server 2008. Als de oude domeincontrollers niet meer nodig zijn, kunnen ze van het netwerk worden verwijderd. Maar eerst moeten de operationele masterrollen naar de nieuwe servers worden overgebracht. In de afbeeldingengalerij bij dit artikel tonen we stap voor stap de afzonderlijke maatregelen voor het toevoegen van een nieuwe domeincontroller aan een bestaand Active Directory-bos.
Om een nieuwe domeincontroller met Windows Server 2016 in een bestaande infrastructuur te integreren, moet eerst het besturingssysteem op de server worden geïnstalleerd en via de updatefunctie up-to-date worden gebracht. Vervolgens moet de netwerkverbinding zo worden geconfigureerd dat de namespace van het Active Directory domein kan worden opgelost. Hiervoor moeten de DNS-servers van de Active Directory-omgeving, die in de meeste gevallen ook de domeincontrollers zijn, worden ingevoerd.
Onze afbeeldingengalerij laat zien hoe u stap voor stap te werk gaat.