Het is vandaag 70 jaar geleden (5 februari 1944) dat ’s werelds eerste programmeerbare elektronische computer het licht zag. De naam zegt het al: Colossus.
Een ceremonie in het National Museum of Computing (NMOC) in Bletchley Park, Verenigd Koninkrijk, markeert vandaag de 70e verjaardag van Colossus, waarschijnlijk ’s werelds eerste programmeerbare elektronische computer. De naam Colossus is niet toevallig ontstaan. De computer bestond uit 2500 elektronenbuizen, die een stroomverbruik hadden van 8kW en een hele kamer vulden ter grootte van 3,5 bij 5 meter. De buizen waren met elkaar verbonden met kabels van 7 km lang.
Colossus was het geesteskind van de Britse postingenieur Tommy Flowers en had slechts één taak: het ontcijferen van Duitse geheime berichten.
Sinds 1940 hadden de Britten teletypeberichten van de Duitse Wehrmacht onderschept die waren versleuteld met de zogenaamde Lorenz-machine. Door de fout van een Duitse inlichtingendienstsoldaat die tweemaal na elkaar een bericht verstuurde met dezelfde codering maar lichtjes verschoven, slaagde de Britse cryptoanalist Kolonel John Tiltman erin de code te breken.
Het bleek dat het cruciale aspect voor het ontcijferen van de berichten de beginstand van de pennenrollen in de Lorenz-machine was. Het kostte veel tijd om dit uit te zoeken. Om het proces te versnellen werden in Bletchley Park aanvankelijk elektromechanische rekenmachines gebruikt.
Toen ingenieur Tommy Flowers de opdracht kreeg deze Robinson-machines te verbeteren, besloot hij in plaats daarvan een nieuwe machine te ontwikkelen op basis van elektronenbuizen: Colossus was geboren. Op 5 februari 1944 werd de eerste elektronische computer in gebruik genomen. In plaats van dagen of weken had Colossus slechts vier uur nodig om de beginpositie van de rollen te bepalen, wat het hele ontcijferingsproces enorm versnelde. Met zijn hulp – en negen andere Colossi – slaagden de Britten erin tegen het einde van de oorlog Duitse berichten met in totaal 63 miljoen brieven te ontcijferen.
De allereerste computer met opgeslagen programma’s, zij het op elektromechanische basis, was al in 1941 gebouwd door de Duitser Konrad Zuse:
Colossus werd zo’n 30 jaar geheim gehouden. De gebouwde machines werden ontmanteld, en een groot deel van de bouwtekeningen en verslagen werden vernietigd. In 1994 nam medeoprichter Tony Sale van het National Museum of Computing het initiatief voor een werkende replica van een Colossus. Met behulp van een paar overgebleven foto’s en schakelschema’s slaagde hij erin dit doel in 2007 te bereiken. Een groot deel van de gebruikte componenten waren afgedankte telecommunicatie-onderdelen die door British Telecom waren geschonken. Een gedetailleerde video van het NMOC toont de onthullingsceremonie van de computer: