De bodem van de “Hell Pit” in Jemen is inderdaad de hel. We zijn gaan kijken wat er op de bodem van de Helleput ligt.
Het staat bekend als Barhout’s Put, of onder een meer suggestieve naam: Helleput. Het is een natuurlijk zinkgat, gelegen in Jemen, ten zuidoosten van het Arabisch schiereiland, in het centrum van een aantal populaire legendes die het een gevangenis voor djinn noemen, de geesten van de Midden-Oosterse folklore.
Voor het eerst zijn ontdekkingsreizigers afgedaald naar de bodem van dit angstaanjagende zwarte gat in de grond.
Heeft men werkelijk gevangen genieën gevonden?
Wat hield de verkenning van Hell’s Well in Jemen in
De prestatie werd verricht door het Oman Cave Exploration Team (OCET), dat uit acht ervaren speleologen bestond. Ze klommen 112 meter verticaal en ondergronds vanaf de rand van de 30 meter brede schacht tot de zwartste diepten van het zinkgat.
Dit is een record: eerdere verkenningen waren tot ongeveer halverwege de schacht gekomen, maar moesten worden teruggedraaid vanwege een slechte geur die van beneden kwam. Leden van het Oman Cave Exploration Team hebben daarentegen geen schadelijke geuren waargenomen, met uitzondering van de geur van dode vogels, die voor mensen niet levensbedreigend is.
Wat vonden de ontdekkingsreizigers precies op de bodem van de Barhout-schacht
Over rottende vogels, het zit zo: daar beneden was niets aangenaams, want behalve de lichamen van vogels waren er ook slangen en ‘grotparels’ die in het geheel niet op zeeparels lijken. Ze zien eruit als gelatineachtige cocons en moedigen niemand aan om ze te verzamelen.
Dit alles heeft de Indiana Joneses niet afgeschrikt. “Passie dreef ons om het te doen,” zei Mohammed al-Kindi, professor geologie aan een Duitse universiteit en lid van de expeditie, en hij sprak over de prestatie als “iets dat een nieuw wonder en een deel van de geschiedenis van Jemen zal onthullen”. Monsters van water, rotsen, grond en enkele dode dieren werden verzameld en zullen in de nabije toekomst worden geanalyseerd.
De slangen leken niet erg agressief, terwijl de grotten prachtige formaties opleverden. Grotparels, in dit geval limoengroen, ontstaan door water dat op de bodem druppelt en worden glad gehouden door het water dat het oppervlak gladstrijkt.
Giuseppe Giordano