Apple Push Nkennisgeving Service (APNS) is een dienst van Apple waarmee een gebruiker of dienst pushberichten kan sturen naar Apple iOS- en Mac OS X-apps. APNS debuteerde voor de Apple iPhone met de release van Apple’s iOS 3-update in juni 2009.
De Apple Push Notification Service is sinds de 10.7 “Lion” -release als API (applicatieprogramma-interface) toegevoegd aan het Mac OS X-besturingssysteem. Apple verfijnde zijn APNS-ondersteuning op Mac OS X in 2012 met de toevoeging van het Notification Center in de release van het 10.8 “Mountain Lion” -besturingssysteem.
Hoe de Apple Push Notification Service werkt
De Apple Push Notification Service komt in het spel wanneer softwareontwikkelaars voor het eerst meldingen genereren in hun serversoftware. Deze servers maken verbinding met de APNS via een permanent en veilig kanaal om de gecodeerde meldingen naar hun doelapparaten te sturen.
Elke APNS-melding is een kort bericht dat bestaat uit een apparaattoken en de payload. Het apparaattoken is een identificatie waarmee de APNS de melding naar het beoogde apparaat kan leiden, en de payload is een door JSON gedefinieerde eigenschap die de informatie in de melding bevat, evenals hoe de gebruiker van het apparaat wordt gewaarschuwd.
APNS-meldingen kunnen de vorm aannemen van geluiden, badges (een nummer op het app-pictogram om bijgewerkte informatie in de app weer te geven) of tekstwaarschuwingen die aan de gebruiker worden weergegeven.
Hoe u uw eigen APNS-berichten kunt maken
Ontwikkelaars die geïnteresseerd zijn in het maken van hun eigen Apple Push Notification Service-berichten, kunnen aan de slag door eerst een Apple-ontwikkelaarsaccount aan te maken en een iOS-apparaat te registreren en vervolgens een iOS Provisioning-profiel te maken. Apple heeft het Apple Local en Push Notification Programming Guide om ontwikkelaars verder te begeleiden bij het maken en verzenden van hun eigen APNS-berichten.